Onderscheiding der Geesten

   pater dr. Piet Penning de Vries SJ (1928-1995)

Wij zijn verheugd en dankbaar om u een deel van het grote werk van pater Piet Penning de Vries SJ (1928-1995) te mogen presenteren.

Pater Penning de Vries SJ was geestelijk leidsman van o.a pater J. Bots SJ, geruime tijd was hij spirituaal van de seminaristen van Rolduc en gaf hij retraites veelal met persoonlijk begeleiding in binnen en buitenland en schrijver van vele boeken.  Onderscheiding der geesten is heel belangrijk in een goed geestelijk leven en daarom ook een essentieel onderdeel van de leer van gemeenschap v/d Zuivere Harten. Het gaat hier om een grote tekst. Daarom maken wij er een serie van op deze website, door elke dag een deel van de tekst aan te vullen. Hierdoor wordt het ook makkelijker om het op u in te laten werken. Wij nodigen bij deze ook iedereen van harte uit om indien u meer wilt weten over de onderscheiding der geesten, of over de gemeenschap v/d/ Zuivere Harten, contact met ons op te nemen.

 

               pater dr. Jan Bots SJ.

             heilige Ignatius van Loyola.

ONDERSCHEIDING DER GEESTEN.

Er zijn gedachten en gevoelens binnen in ons welke niet geheel van ons zijn, welke we ons niet geheel toe-eigenen. Aan de ene kant kunnen dat verleidingen zijn; aan de andere kant, goede gedachten en goede gevoelens, welke vrome wensen zijn. Dus, binnen in onszelf ervaren we geestelijke bewegingen welke niet geheel van onszelf zijn; zoals we in de wereld zijn, maar niet van de wereld zijn. In de Hof van Olijven bad Jezus: " Niet mijn wil, maar Uw wil geschiede " (Lc 22,42). Voor ons geldt ook dat Gods wil anders kan zijn dan onze wil. Maar ons streven zou moeten zijn ons erop te richten klaar te zijn om Zijn wil te doen. Maar hoe herkennen we Gods wil? De heilige Ignatius van Loyola leerde ons een goede manier: door Onderscheiding der Geesten.

Gods wil kan absoluut en echt gevonden worden in drie stappen, want de onderscheiding van deze geestelijke bewegingen of geesten wordt gekenmerkt door drie gerelateerde houdingen:

1: Onze houding tegenover de Vader:  heilige onverschilligheid;

2: Onze houding tegenover de Zoon:  confrontatie met het evangelie;

3: Onze houding tegenover de heilige Geest: vertrouwen op onze geestelijke ervaring

Deel 2: Zoals beloofd vandaag het tweede deel in deze serie over de onderscheiding der geesten. Misschien is het geplaatst om eerst een kleine anekdote over pater Penning de Vries de vertellen.

Iedereen die ooit een retraite of stil weekend bij de pater volgde zal weten welk zinnetje hij altijd uitsprak bij zijn inleidingen: " Dat vragen als een genade: dat al mijn bedoelingen, daden en werkzaamheden zuiver geordend mogen zijn, in dienst en tot lof van zijn goddelijke Majesteit. In de zomervakantie gaf de pater meestal zo'n  zes retraites van acht tot tien dagen, met vier inleidingen per dag. Tijdens deze periode sprak hij dus ongeveer 200 keer dat zelfde zinnetje uit en als wij al zijn retraites bijelkaar optellen zou dat bina ontelbaar zijn. Hij zei wel eens tegen zijn seminaristen en priesters: " Als je niet leeft zoals zoals je spreekt, ga je op den duur spreken zoals je leeft."  Pater Penning de Vries is in zijn spreken nooit veranderd: "Dat al mijn bedoelingen, daden en werkzaamheden zuiver geordend mogen zijn en in dienst en tot lof van zijn goddelijke Majesteit."

Deel 2: Onze houding tegenover de Vader: heilige onverschilligheid

Het zal erg moeilijk zijn om Gods wil te zoeken als we van het allereerste begin zoeken om onze eigen wil te vervullen. Het is zo dat als we Gods wil in een bepaalde situatie willen weten, wij onze eigen wil uit moeten opgeven. Indien we echt oprecht het verlangen hebben om Gods wil te doen, dan moeten we ons in de middelste positie houden van wat onze eigen wil ons ingeeft te doen, met andere woorden, we moeten er dan zo tegen aan kijken; natuurlijk, ik zou graag trouwen, maar aan de andere kant zou ik ook graag priester worden. Voor God echter plaats ik me op zo'n manier dat mijn genegenheden en voorkeuren geen bepalende factoren zijn. Ze mogen er wel zijn, maar we moeten er voor zorgen dat onze hartstochten en emoties niet de overhand krijgen. Dit is een poging om innerlijk vrij te geraken, zodat we de mogelijkheid krijgen om onze wil gelijkvormig te maken aan die van de Vader, Jezus volgend te zeggen: "Niet wat ik, maar wat Gij wilt." (Mc 14,36).

De Heilige apostel Paulus geeft hier een voorbeeld van, indrukwekkende woorden gebruikend om het uit te leggen. Voor zijn bekering stond Paulus bekend om wat we heden ten dage 'perfectionisme' noemen, hij wilde graag foutloos zijn en niets anders dan de wet volgen. Maar na zijn bekering, na zijn ontmoeting met Jezus werd hij innerlijk vrij, onverschillig voor zijn perfectionisme: " Sterker nog, ik beschouw alles als verlies, want mijn Heer Christus Jezus leren kennen gaat alles te boven. Om Hem heb ik alles prijs gegeven. Om Christus houd ik alles zelfs voor vuilnis als het erom gaat Hem te winnen en één te zijn met Hem, niet met mijn eigen gerechtigheid op grond van de wet, maar met de gerechtigheid die verkregen wordt door het geloof in Christus, de gerechtigheid die van God komt steunt op het geloof. Ik wil Christus kennen, ik wil de kracht van zijn opstanding gewaar worden en de gemeenschap met zijn lijden, ik wil steeds meer op Hem lijken in zijn sterven om eens te mogen komen tot de wederopstanding uit de doden. Niet dat ik dat al bereikt heb. Ik ben nog niet volmaakt! Maar ik streef er vurig naar het te grijpen, gegrepen als ik ben door Christus Jezus. Nee broeders (en zusters), ik beeld mij niet in er al te zijn. Alleen dit: vergetend wat achter me ligt, mij uitstrekkend naar wat voor me ligt, storm ik af op het doel: de prijs van Gods hemelse roeping. (Fil.3,8-14).

Deel 3: ONVERSCHILLIGHEID, HET BEREIK.

Als we Gods wil doen, dan ontvangen wij emotionele volwassenheid als een geschenk. Existentiële vrijheid. Deze vrijheid, binnen de gehoorzaamheid, wordt ervaren al een roeping en een plicht, om zich te integreren in de vrijheid van God. God is de Grotere, altijd groter dan wij ons kunnen voorstellen. Hij is altijd degene die voor ons kiest, bijvoorbeeld ziekte of gezondheid. Men zou kunnen antwoorden: Ja, maar als ik ziek ben, is dit liefdadigheidswerk niet meer mogelijk." Waarom niet? Hebben we de kaarten voor de toekomst allemaal op elkaar gestapeld? Laten we God toestaan om God te zijn. Het is beter om de zelfvoldoening te vergeten en het goede aan de Heer over te laten. Als we Zijn wil zoeken, zullen we zelfvoldoening hebben: Hij zal onze voldoening zijn. Geborgenheid is een ander ding dat nooit moet worden gezocht. Het zoeken naar geborgenheid iin een ander resulteert in minder tevredenheid, minder zekerheid. Deze zoektocht zal opnieuw onthullen hoe onzeker de mens in wezen is. Onze geborgenheid is in God. Dit alles vraagt om een innerlijke vrijheid van onze kant, niet beïnvloed door buitensporige neigingen of gehechtheid. Frustraties en menselijke banden zouden onze vrijheid beperken.

We mogen NOOIT de trend van de tijd volgen op zo'n manier dat we vergeten dat we Jezus volgen. We claimen niets als de onze, maar we weten wel Gods wil voor ons leven te vinden. Om dit te doen nemen we eerst afstand van alles wat we op onze weg tegenkomen, brengen het dan in ons gezelschap met Jezus en merken de geestelijke ervaring die daar uit voortvloeit.

De basis van de onderscheiding van de geesten is dus iets heel eenvoudigs. Ik ervaar God zoals Hij voor mij is. Het is een ervaring van vereniging met God.  Het unieke van deze ervaring is dat je niet kunt zeggen waar het ene begint en het andere eindigt. Een ervaring van God is dus ook een ervaring van het eigene. Leven vanuit deze kracht betekent dat we zowel God als onszelf tegelijkertijd recht doen. De onderscheiding van de geesten is in werkelijkheid de ontdekking van de geestelijke bewegingen die God in ons veroorzaakt.

We moeten dit geschenk van God niet te eenvoudig maken en er niet oppervlakkig over zijn, want het vereist een grote zuiverheid van de intentie. Onze primaire houding moet die zijn van Jezus Christus ten opzichte van de Vader: " NIET MIJN WIL, MAAR UW WIL GESCHIEDE " (Lc 22,42). 

 

( Afbeelding: Jezus werd in de Hof van Olijven door een engel gesterkt nadat Hij zich geheel had overgegeven aan de wil van de Vader)

 

DEEL 4: ONVERSCHILLIGHEID, HET GEHEIM.

Als we in deze wereld overal en onder alle omstandigheden beschikbaar willen zijn voor God, moeten wij ons in de praktijk kunnen aanpassen en is alles mogelijk. We geven ons over in de handen van Hem die onze Schepper is.

Jezus verschijnt als een vreemdeling, zelfs tegenover zijn eigen Moeder: " Vrouw, is dat soms uw zaak? Nog mijn uur is niet gekomen " ( Joh.2,4). Jezus staat er alleen voor. Zijn leerlingen die zich om hem heen verzamelen, begrijpen hem niet.

Binnen de familiekring gaat het woord " dat Hij niet meer bij zijn verstand was " (Mc.3,21).

Een nog grotere kring van verontwaardiging en haat omringd hem.

Geleidelijk aan zullen zijn vijanden hem onderdruk zetten en hem grijpen.

Hij ervaart de eenzaamheid van een biddend persoon. De allereerste stap in het gebed is vervreemding van zichzelf...

 

DEEL 5: OVERSCHILLIGHEID, HET GEHEIM (VERVOLG).

God is altijd groter dan onze gedachten, dan onze wil. Het gebed vind altijd plaats op de berg, op de uiterste grenzen van ons begrip. Als we loslaten wat betekenisvol is in ons samenzijn, onze vrijheid en persoonlijkheid, in onze mogelijkheden en idealen, in onze wereld en ons werk, om al onze betekenis aan God te onttrekken, laten we Hem ons leven vullen.

We zien dus dat de eerste stap in het onderscheidingsvermogen en in het gebed een onteigening is. Want bidden is zichzelf onteigenen. Het archetype van het gebed is de heilige dood van onze Heer Jezus Christus aan het Kruis.

We kunnen ons de vraag stellen: Waar moet ik op dit punt in mijn leven onverschillig blijven?

Een goede manier om daar achter te komen is door onszelf na elke gebedsperiode de vraag te stellen: Waar was ik toen ik niet bij Hem was? Dit is vragen stellen over onze afleiding tijdens het gebed. We zijn waar we willen zijn, waar of het hart is; dus het antwoord op deze vraag laat onze gehechtheid zien. 

We moeten alles loslaten! Door deze houding worden zowel het gebed als het leven een zelfgave aan Hem. Het is God die ons weer opbouwt na de totale afbraak. Onverschilligheid is een doelgerichte inperking, gericht op een existentiële beslissing voor een leven in God. Het is van God dat wij verwachten weer opgebouwd te worden na een totale afbraak, iets dat diep christelijk is. 

Er is geen onderscheiding zonder de heilige Drie-eenheid, buiten Jezus, de Weg naar de Vader, die de Bron en Oorsprong van alles is.

 

DEEL 6: ONZE HOUDING TEGENOVER DE ZOON: CONFRONTATIE MET HET EVANGELIE.

Vandaag gaan we verder met het 6e deel in onze serie over de Onderscheiding der geesten.                                                                                                                         

 We verlaten het hoofdstuk: Onze houding tegenover de Vader en gaan nu onze houding tegenover de Zoon bekijken. Maar eerst delen we met u nog een anekdote over pater Piet Penning de Vries. Een getuigenis van een priester die zich het volgende herinnert over pater Piet: " Hij kon soms een woord doordringend uitspreken, zodat je door de klank van zijn stem en zijn gelaatsuitdrukking zijn eigen Godservaring mee kon voelen. Bij elke inleiding op de meditatie herhaalde hij het Ignatiaans voorbereidingsgebed: Vraag God de Heer, dat Hij al uw bedoelingen, daden en werkzaamheden zuiver moge ordenen tot zijn dienst en tot lof van zijn goddelijke Majesteit. Hij kon dat woordje zuiver zo zuiverend uitspreken, dat ik er de geestelijke vreugde van smaakte en nog smaak. Een dergelijke ervaring had, en heb ik nog, bij het woordje 'Vader' dat hij ooit eens zo teder wist uit te spreken, dat het net was alsof hij opdat moment in zijn armen rustte."

Als we spreken drukken we de gedachten en gevoelens uit die in ons zijn. Als we zwijgen, binden we ons niet aan deze gedachten. Stilte geeft ons de kans om ze te veranderen. Wanneer, daarentegen de emoties hoog zijn, is de geestelijke inhoud laag.

Hoe vinden we, na onverschillig te zijn geworden, Gods wil? Hoe kies je tussen twee goede dingen?

Een mens van goede wil staat tussen die twee uitersten, weet soms het goede antwoord niet en kan dan zomaar iets doen. Veel mensen brengen veel tijd door met zo'n hit-or-miss manier van problemen oplossen. Het is onmogelijk om voor alles regels op te stellen.

In het geestelijke leven heeft ieder zijn groeitempo.                                       

Ieder heeft ook zijn eigen volmaaktheid. Wat voor de één beter is, is voor de ander niet per se beter. En de diepste reden hiervoor is dat God ieder van ons persoonlijk roept. God's plan voor de mensheid omvat ook een individueel plan voor ieder van ons.

Er is niet één heiligheid die bij ons allemaal past. Elk van ons is UNIEK.

 

DEEL 7: DE JEZUS VAN HET EVANGELIE

Christus is ons model. De Vader zegt dat we nooit de toekomst in handen hebben. Jezus zegt dat de toekomst altijd aan ons gegeven zal worden.          

De Vader is de Levensgever. Dit behoort toe aan zijn wezen van Vader. Jezus, de Zoon, wordt ons model in het ontvangen van het leven van de Vader.

  1. Hoe komen we tot het geven van het evangelie tot een centrale plaats in ons leven aan? In eerste instantie is het evangelie niets anders dan een fragment van informatie over de Man, Jezus van Nazareth, wiens leven van belang is voor de mensen. Hoe leidt dit tot het gebed?                     
  2.                                                       1: Onze eigen ontmoetingen met mensen en de veranderende gebeurtenissen in ons eigen leven;                                                                                                                                        2: Onze intrede in de rol van de mensen die Jezus in het evangelie ontmoet.

In Jezus ontdekken we positief de wil van de Vader. In Hem is de Vader zichtbaar geworden, maar dit betekent niet dat de Vader en de Zoon van elkaar verschillen. Integendeel, de Vader is degene die het leven geeft; de Zoon, die het leven ontvangt. Ze zijn echter zo dicht mogelijk bij elkaar, want de Vader geeft zijn leven in de volheid aan de Zoon. Daarom noemen we deze Zoon, God. Wanneer we ons vrij hebben gemaakt om God's wil te erkennen door Hem de weg te laten wijzen, moeten we het evangelie nemen als een tweede stap in ons zoeken en Jezus beschouwen.                                           

In deze volgehouden contemplatie moet er niets anders gebeuren dan dat er een transformerende kracht van Jezus uitstraalt om ons aan Hem te conformeren.

DEEL 8: Grondbeginsel en grondslag.

Voor dat we gaan naar het laatste hoofdstuk van deze serie, namelijk; Onze houding tegenover de heilige Geest, willen we eerst kijken naar het belang van de onderscheiding.

De mens is geschapen om God onze Heer te loven, eerbied te bewijzen en te dienen, en daardoor het heil van zijn/haar ziel te bewerken. Het overige op het aanschijn van de aarde is geschapen voor de mens, om hem het doel te helpen nastreven waarvoor hij geschapen is. Hieruit volgt dat de mens er gebruik van moet maken voor zover het hem/haar naar het doel helpt, en zich ervan moet ontdoen voor zover het hem/haar daarbij hindert.           

Daarvoor is het nodig ons voor al het geschapene onverschillig te maken, in al wat aan de vrijheid van onze vrije wil toegestaan en niet verboden is. Zozeer dat wij van onze kant gezondheid niet méér willen dan ziekte, rijkdom niet méér willen dan armoede, eer niet méér dan oneer, een lang leven niet méér dan een kort, en zo in al het overige, en alleen verlangen en kiezen wat ons meer brengt naar het doel waarvoor wij geschapen zijn. Dit vinden wij terug in de Geestelijke Oefeningen van Ignatius van Loyola (G.O.23).

Nu we dit weten en in praktijk kunnen brengen zien we dat het gebed ook beter zal gaan.

 

DEEL 9: JEZUS EN HET EVANGELIE.

Hoe meer we ons bewust zijn van het evangelie, hoe meer we de voorkeuren van de Heer kennen. We delen in de bemiddeling van de Bemiddelaar en stemmen ons hart opnieuw op Hem af. Het is dus belangrijk niet te technisch te denken aan de onderscheiding van de geesten. Er zit echter enige technische kant aan vast: er zijn methoden en stappen die gevolgd moeten worden. Het is echter iets levends. Elke stap heeft een dieptewerking en roept een ervaring op van onthechting en van gehechtheid op een vitale manier aan de Heer.

Jezus helpt ons om onverschillig te zijn. Hij is gekomen om ons deelgenoot te maken van de contemplatieve blik van zijn wezen en van zijn honger naar het voedsel van het doen van de wil van zijn Vader. Zo is onverschilligheid een deelname aan de vrede en vrijheid van Jezus, die uitstralen van het evangelie. Het evangelie is dus een sfeer waarin we kunnen leven met Jezus, die ons wil veranderen. Deze transformatie door het evangelie zal ons ertoe brengen om armoede, gehoorzaamheid en wetmatigheid hoger te waarderen dan rijkdom, macht en onze eigen zelfbepaalde manier van handelen. elke vraag die de eigen persoon aangaat, moet op de tweede plaats komen. Zelfs de vraag: " Kan ik dat echt doen?" is minder belangrijk dan de vraag wat God kan doen.

Bij het onderscheiden van de geesten bestaat de tweede stap, de relatie tot de Zoon, erin dat we ons laten inspireren door Zijn houding in deze wereld, door zijn houding van nederigheid en gehoorzaamheid. We verzinnen noch het leven, noch een geestelijke leer; we maken deel uit van een grootse traditie die we volgen en waar we trots op kunnen zijn! Onze traditie is die van Jezus en van de Kerk. Het is kenmerkend voor de Kerk, en komt tot het uiterste in haar vieringen, dat het Woord van God, dat wil zeggen Jezus, tot leven wordt gesproken in haar liturgische bijeenkomsten. De houding van Jezus nederigheid en gehoorzaamheid blijft in hen geldig. De Kerk mag zich nooit zo ontwikkelen dat het Jezus achter zich laat. Het is goed om te beseffen dat Jezus de kern van ons leven is. Een Christen moet een patroon van Jezus hebben. Jezus staat niet alleen, maar is een levend persoon in ons midden.  Christen zijn is Jezus leven en dragen en willen uitstralen vanuit de vorm van Jezus en zijn merktekens.

 

 

Deel 10: ONZE HOUDING TEGENOVER DE HEILIGE GEEST.

We zijn nu bij de derde stap aangekomen: onze relatie tot de heilige Geest. Wat zou ons geloof zijn zonder heilige Geest?

Na onze confrontatie met de Jezus van het Evangelie, die we nooit weglaten, nemen we de weg die een grotere verbondenheid met God teweeg brengt, dat wil zeggen, laten we de heilige Geest meer ervaren. Op deze manier ontmoeten we bij het vormgeven van ons leven altijd de drie goddelijke Personen. Zoals de drie goddelijke Personen verenigd zijn, zo vormt onze relatie tot hen één geheel. We kunnen dus nooit een keuze maken of een besluit nemen zonder verenigd te zijn met de Drie die Een zijn.

Het mysterie van de heilige Drie-eenheid is een mysterie dat aanbidding oproept, want we kunnen God niet begrijpen, maar het is ook een heel practisch mysterie. Hoewel dat het een mysterie van ons heilig geloof is, dat we aanbiddelijk ervaren, heeft het zeer practische gevolgen, zo practisch dat we geen enkele christelijke praktijk kunnen ervaren zonder de drie goddelijke Personen te ervaren.

Openheid voor de Vader door innerlijke vrijheid (onverschilligheid) is de juiste houding ten opzichte van de Vader. Overeenstemming met de Zoon door de confrontatie met het Evangelie is de juiste houding ten opzichte van de Zoon. Zonder deze gelijkvormigheid met Jezus zouden we niet weten wie God is. Zonder een relatie met de heilige Geest blijft God voor ons buiten onszelf; een moeilijke God, omdat Hij veel nodig heeft, een koude God omdat Hij zover weg is. Door de Geest komt de grote en kleine God in ons eigen leven.

In deze derde stap - nadat we alles hebben losgelaten om het aan de Vader te geven en Jezus hebben ontmoet in een evangelische scene - overwegen we onze reactie op de evangelische boodschap waarop we zojuist hebben gemediteerd. Zo ontdekken we welke keuze op de een of andere manier in overeenstemming is met het evangelie. Deze drie stappen kunnen vooral worden doorlopen als we geconfronteerd worden met twee verschillende situaties of mogelijkheden.

Na elke periode van gebed stellen we ons de vraag: "Wat voel ik nu voor Hem na dit uur van verbondenheid met Hem?" Op deze manier vermijden we dat ons geestelijk leven wordt beheerst door ons verstand of onze gevoelens.

In het geestelijk leven speelt het evangelie een meditatieve rol. In onze relatie met God gaan we verder en God verandert ook in zijn omgang met ons, als we dat goed zouden begrijpen. De Zoon is altijd hetzelfde in het Evangelie en Hij spreekt tot iedereen, maar in de persoonlijke ervaring van de Geest, wordt het ons duidelijk wat het Evangelie ons in een bepaalde situatie probeert te zeggen. De Geest geeft het persoonlijke accent.

Samengevat hebben we dus drie stappen - drie benaderingswijzen:

1: Ervaring van de Vader: onze aandacht is gericht op God de Vader als de oorsprong van onze ervaring.

2: Ervarng van de Zoon: onze aandacht voor Hem in het Evangelie werkt onze ervaring in de hand.

3: Ervaring van de Geest: onze aandacht is op hem gericht als het momentum - meer of minder intens - van onze ervaring.

 

Deze ervaringen komen overeen met de volgende voorbereidende en begeleidende houdingen:

1: Onze houding ten opzichte van de Vader: een fundamentele onverschilligheid, omdat God's wil en voorkeur elke andere overweging overstijgt.

2: Onze houding ten opzichte van de Zoon: een voortdurende identificatie met Jezus, want Hij is God's Woord aan ons.

3: Onze houding ten opzichte van de heilige Geest: in alles - groot of klein - de koers volgen die, in de confrontatie met Jezus in het Evangelie, een diepere ervaring van vereniging met God teweeg brengt.

Het is ongepast om een van de goddelijke Personen te negeren.

De onderscheiding van de geesten is het leven met de Drie-eenheid.

 

Dit was het tiende en laatste deel uit deze serie. Wij hopen dat deze uitleg u verder kan helpen in uw geestelijk leven.

Wij zijn erg benieuwd naar uw ervaringen.

Heeft u een ervaring aangaande dit onderwerp of wilt u meer weten, heeft u vragen? Laat het ons weten.

Stuur een mailtje naar: info@zuivereharten.nl